Eigenlijk moest het een parkeergarage worden onder het hotel dat staalmagnaat Necmi Asfuroğlu aan zijn geboortestad Antakya, hoofdstad van de provincie Hatay, wil schenken en in 2010 gaat de bouw hiervoor dan ook nietsvermoedend van start.
Maar dan stuit de bouwploeg op een archeologische vondst in de vorm van een marmeren beeldje van een één-vleugelige Eros. De tweede vleugel ligt ernaast.
Het graven wordt onmiddellijk gestaakt, de bouw opgeschort en de archeologische regels treden op hetzelfde moment in werking.
Zes maanden lang graven nu geen bouwvakkers maar vooraanstaande archeologen verder en wat zij vervolgens ontdekken, overtreft alle verwachtingen.
Onder de fundering van het hotel in wording blijkt ’s werelds grootste mozaïektapijt te liggen.
Het bevat werk uit dertien verschillende beschavingen van de Hellenistische tot de islamitische periode. Dit betekent dat er van 300 voor Christus tot 1200 na Christus aan dit mozaïek gewerkt is. Weliswaar met tussenpozen, maar toch….
De bijdragen komen van zeer diverse culturen, zoals van de Grieken, Romeinen, de Byzantijnen, de Arabieren, kruisvaarders en de Egyptenaren en het is zo’n 850 vierkante meter groot.
Archeologen vermoeden eerst dat het mozaïek destijds deel uitmaakt van een overheidsgebouw uit de zesde eeuw, maar dan vinden ze ook ruïnes van gebouwen, munten en nog meer beeldjes van Eros en is het duidelijk dat het begin van dit complex dateert uit het Hellenistische tijdperk.
Het klinkt misschien vreemd dat men zo’n wonderbaarlijke vondst ontdekt in een toch voor de meesten van ons onbekende stad als Antakya. Je verwacht dit immers eerder in steden als Rome, Athene of Jeruzalem.
Maar tijdens haar inmiddels vijftien eeuwen oude bestaan is Antakya lange tijd een van de meest invloedrijke steden in het Nabije Oosten.
Lang verhaal kort. Natuurlijk twijfelt Asfuroğlu of hij door moet gaan met zijn hotelplannen, maar uiteindelijk zet hij door en de parkeergarage maakt plaats voor een museum met zorgvuldig bewaarde mozaïeken, badhuizen, straten en muurfragmenten.
En nu lopen Holger en ik sinds gistermiddag geregeld over de dikke glazen vloer in de lobby van dit Antakya Museum Hotel en zien we al dat moois onder onze voeten liggen. Sommige mozaïekdelen golven je letterlijk tegemoet, veroorzaakt door de aardbevingen die er door de eeuwen heen geweest zijn.
Als verjaardagsverrassing heeft Holger namelijk voor ons een paar nachten in dit hypermoderne gebouw geboekt en dat betekent dus dat ik hier verjaar vandaag. Hoe bijzonder is dat!
Het is een adembenemend complex, ontworpen door architect Emre Arolat en het is een waar hoogstandje. Een enorme stalen constructie, waarin de kamers als een soort ‘dozen’ ingeschoven zijn, hangt als het ware boven het ondergrondse museum en loopbruggen vormen de gangen naar de kamers en de paden langs de archeologische bezienswaardigheden. De afstanden zijn enorm en doordat veel delen in direct contact staan met buiten voelt het alsof je door een futuristische stad loopt en een reis door in tijd maakt van bijna twee en een halve eeuw lang.
Ik heb geen kunststof kunnen ontdekken, alles is vervaardigd uit staal, hout en glas van hoge kwaliteit. Een ploeg glazenwassers hebben een volledige baan hier aan het reinigen van alle ramen en glazen platen die het gebouw rijk is.
Vanmiddag gaan we het museum in om het mozaïektapijt van dichterbij te bekijken. Het meest indrukwekkende beeld is misschien wel dat van Pegasus, het vliegende paard. Drie nimfen tuigen hem op voor Bellerophon die in zijn overmoed op de rug van Pegasus naar de Olympus wil vliegen om de goden te bezoeken. Zeus steekt daar echter een stokje voor en stuurt een insect op hen af. Dat prikt het vliegende paard en deze schrikt zo dat het Bellerophon van zich afwerpt, die door zijn val terug op aarde de rest van z’n leven kreupel loopt.
Het tafereel is intens van kleur en later lees ik dat de gebruikte mozaïeksteentjes geverfd zijn met puur plantaardige verfstoffen, in maar liefst 160 verschillende kleuren.
Ook het tableau met acht muzes is een feest om naar te kijken.
We zien Urania, Euterpe, Polyhymnia, Erato, Kleio, Terpsichore, Melpomen en Thalia. De negende muze, Calliope, heeft een eigen stukje mozaïek waarop zij een stuk papier dat waarschijnlijk symbool staat voor inspiratie, overhandigt aan Hesiod.
Uit een hele andere periode zijn de geometrische stukken, die veelvuldig aanwezig zijn.
Maar misschien wel de mooiste afbeelding voor mij is ‘Megalopsychia’, dat ook wel het Vogelmozaïek wordt genoemd.
In het midden zien we een medaillon met daarin een vrouwelijk figuur die een roos in haar hand houdt. Talloze vogels omringen het medaillon en het mozaïek laat zien dat de regio in die tijd zeer rijk is aan vogelsoorten.
Het daar gelegen Amik-meer, dat al jaren terug helemaal is opgedroogd, ligt in die tijd op de vogeltrekroute en deze afbeelding geeft dan ook een schat aan informatie over wat er zoal aan gevederde dieren loopt en overvliegt..
Een soort “Vroege Vogels” avant la lettre, zeg maar.
De vogels vind je , als je goed kijkt, her en der in het gebouw terug. Zo vliegen op de wand in onze kamer de vogels boven het hoofdeinde van ons bed.
In het plafond van de lobby zijn de contouren van de dieren uitgesneden en in zuilen die op verschillende plaatsten staan, ligt een smalle band met diezelfde silhouetten verzonken. Holger gaat er eens goed voor zitten om dit leuke detail vast te leggen op de gevoelige plaat.
Ondanks de onvermijdelijke beschadigingen die de vloer door de tijd heen heeft opgelopen, is het toch ontzettend de moeite waard om deze smeltkroes van culturen in de vorm van dit mozaïek te bekijken.
Als hotelgasten hebben we voor het museum een passe partout, dus het zal vandaag wel de eerste maar zeker niet de laatste keer zijn dat we onszelf op dit moois trakteren.